0
nl
US
WSM
251928981

Mijn winkelmandje

Uw winkelmandje is leeg.
Menu

De beste groente- en fruitsoorten in de herfst en tips om te profiteren van alle gunstige eigenschappen

Bijna iedereen weet het: eten van het seizoen biedt de meeste kostbare micronutriënten voor onze gezondheid. Natuurlijk is het wel belangrijk om te kiezen voor de juiste voedingsmiddelen en te weten hoe we er optimaal van kunnen profiteren...

Herfstgroente- en fruit

Natuurlijk weet u inmiddels dat het eten van groente- en fruitsoorten buiten het seizoen rampzalig is voor het milieu. Denk aan de productie die plaatsvindt aan de andere kant van de aarde en aan het transport dat nodig is om het op uw bord te brengen. Het heeft een enorme uitstoot van broeikasgassen tot gevolg. De plaatselijke productie in een kas kost vaak nog meer energie: het plaatselijk verbouwen van tomaten - buiten het tomatenseizoen om - kost in een kas 11 keer meer energie dan eenzelfde hoeveelheid tomaten die verbouwd wordt in het open veld.

Maar de consumptie van groente en fruit van het seizoen gaat veel verder dan het milieuaspect alleen: het beïnvloedt direct uw gezondheid. Wanneer groenten in het juiste seizoen verbouwd worden, bevatten ze namelijk de maximale hoeveelheid micronutriënten. Denk aan eenvoudige factoren, zoals de duur van de blootstelling aan de zon, de amplitude van de temperaturen, de warmte en het vochtgehalte: het zijn allemaal factoren die cruciaal zijn voor het gehalte aan micronutriënten, en dus ook voor een goede smaak! Datzelfde geldt voor biologische landbouw. Zonder pesticiden moet fruit van biologische teelt een beroep op de natuurlijke bescherming via antioxidanten om zich te verdedigen tegen ziekteverwekkers.

Wie dus goed voor zichzelf wil zorgen in de herfst, hoeft geen tropische vruchten te nemen. Kies gewoon iets uit deze lijst...

Artisjok

Artisjokken gesneden op een houten plank De artisjok is een dure groentesoort, maar mits gegeten in het seizoen zeker de moeite waard! De artisjok bevat een grote hoeveelheid antioxidanten, met name fenolhoudende bestanddelen zoals chloreenzuur, narirutine en cynarine (1). Het bevat tevens anthocyanines die vermoedelijk oxidatieve stress helpen bestrijden. Maar de belangrijkste stof in artisjok is silymarine. Dankzij deze kostbare voedingsstof draagt de artisjok bij aan:

  • de bescherming van de lever tegen schadelijke effecten;
  • het herstel van de levercellen die beschadigd geraakt zijn na de inname van medicijnen of bepaalde giftige stoffen, zoals alcohol, tabak of verdovende middelen;
  • de stimulering van de eiwitaanmaak in de lever, waardoor beschadigde cellen sneller kunnen worden vervangen door gezonde;
  • de stimulering van de galaanmaak (2).

Het bevat overigens ook veel prebiotica zoals inuline: deze suikersoort wordt niet verteerd in het lichaam, maar gebruikt door de bacteriën in de darmflora. Hierdoor kunnen bepaalde gunstige bacteriën zich ontwikkelen, wat bijdraagt aan de verbetering van de opname van voedingsstoffen en een positieve bijdrage levert aan het immuunsysteem.

Een artisjok kiezen en bewaren, zodat u optimaal profiteert van de gunstige effecten

Kies een artisjok waarvan de bladeren goed gesloten zijn en dicht tegen elkaar liggen (ze mogen niet 'open' zijn). De blaadjes moeten gemakkelijk te breken zijn met de vingers en mogen geen zwarte vlekjes hebben (want dan zijn ze niet erg vers meer).

Bewaar de groente niet langer dan een paar dagen in de koelkast, het liefst in een stoffen, doorlaatbare zak en nadat u deze heeft besprenkeld met water om de artisjok vochtig te houden.

Lees verder Silyplus

Snijbiet

Snijbiet is niet bij iedereen even bekend. De stelen lijken qua smaak op bieten, maar de bladeren zelf smaken meer naar spinazie.Deze heerlijke groente bevat aanzienlijke hoeveelheden vitamine K. Deze vitamine is van invloed op de gezondheid van de botten en op de bloedstolling. Snijbiet bevat eveneens ijzer en niet-oplosbare vezels die constipatie voorkomen en die de darmpassage bevorderen.

Snijbiet kiezen en bewaren, zodat u optimaal profiteert van de gunstige effecten

Kies bij voorkeur snijbiet met rode in plaats van witte stelen en met een donkergroen blad. Bewaar ze in de groentelade van uw koelkast. Wanneer u ze gaat koken (het kookproces beïnvloedt de kracht van de antioxidanten niet , tenzij u ze bakt [3]), denk er dan aan om de bladeren van de steel af te halen aangezien beide delen een verschillende kooktijd hebben!

Rode biet

Verse rode bieten Bietjes zijn niet de populairste groente bij de groentehandel. En toch is dit een voedingsmiddel met opmerkelijke gezondheidsvoordelen. Bieten behoren trouwens tot de groenten met het hoogste antioxidantengehalte (4).

Wat eruit springt, is het effect van de biet voor de gezondheid van de ogen. De biet bevat luteïne en zeaxanthine, twee voedingsstoffen die zich in onze macula (gele vlek) verzamelen en die de kans op gele vlekdegeneratie verkleinen. Van de 750 carotenoïden die er bestaan en van de 40 carotenoïden die in onze voeding voorkomen, zijn dit de enige twee natuurlijke carotenoïden die in staat zijn de macula binnen te dringen. De stofjes zorgen ervoor dat de gele vlek het gezichtsvermogen optimaal scherp kan houden bij daglicht. Ze zijn erg belangrijk, want het lichaam kan ze zelf niet aanmaken.

Het is eveneens een van de weinige planten die betalaïnen bevat, een familie van sterke antioxidanten met een zeer hoge biologische beschikbaarheid (wat wil zeggen dat ze gemakkelijk in de bloedbaan worden opgenomen). Ze behouden ook nadat ze het spijsverteringskanaal hebben doorlopen hun antioxidatieve, ontstekingsremmende en leverbeschermende eigenschappen. Bieten bevatten ook veel vitamine K (zelfs zo veel dat ze ontraden worden aan mensen die antistollingsmiddelen nemen) en flavonoïden. In het sap van een blad van de biet zitten zelfs meer flavonoïden dan in het sap van spinazie en broccoli. En dat terwijl deze laatstgenoemde groenten altijd genoemd worden als de grootste leveranciers op dit gebied.

Bieten kiezen en bewaren, zodat u optimaal profiteert van de gunstige effecten

Bewaar uw bieten uiterlijk een of twee weken in de koelkast, het liefst in een doorlaatbare stoffen tas. U kunt bieten rauw eten, nadat u ze geschild en geraspt heeft. U kunt ze ook koken met schil, dan blijven de meeste voedingsstoffen behouden. Nog beter: laat de bieten garen in de oven. Giet er wat olijfolie overheen en laat ze een uurtje in de oven staan bij een temperatuur van 250°C.

Het is goed om te weten dat, in tegenstelling tot bij andere groenten, de kracht van de antioxidanten van de biet niet afnemen door het kookproces.

Broccoli

glazen schaal met verse broccoli Van alle kruisbloemige groenten is broccoli die tijdens het seizoen wordt gegeten het rijkst aan vitamine C. Deze groente heeft tal van gunstige effecten op de gezondheid (5-6).

Het bevat ten eerste glucosinolaten, net als de meeste andere kruisbloemige groenten. Glucosinolaten zijn moleculen die zich omzetten in kankerbestrijdende moleculen wanneer ze in contact komen met de darmflora van de mens, te weten: sulforafaan, indole-3-carbinol en diindolylmethaan (DIM). Aan deze stoffen worden drie belangrijke gunstige effecten toegeschreven:

  • ze verkleinen de kans op hart- en vaataandoeningen. Zowel bij de man als de vrouw beïnvloeden deze stoffen het metabolisme van oestrogenen, wat ervoor zorgt dat de kans op hormoonafhankelijke kankersoorten, zoals borstkanker, baarmoederkanker en prostaatkanker afnemen.
  • ze verkleinen een hypertrofie van de prostaat. Bij mannen boven de 50 beginnen oestrogenen zich op te hopen in de prostaat, wat bijdraagt aan een prostaathypertrofie. DIM gaat dit verschijnsel tegen doordat het de stofwisseling van testosteron vertraagt, met name doordat het de omzetting van testosteron in oestrogeen remt. Het draagt dus bij aan een goede prostaatfunctie en gaat de nachtelijke aandrang om te plassen tegen.
  • ze helpen de ontwikkeling van kanker tegen te gaan. Sulforafaan, indole-3-carbinol en DIM beperken de groei van bepaalde kankercellen en bevorderen de zelfvernietiging (ook wel apoptose genoemd).

Broccoli vermindert eveneens de kans op hart- en vaatziekten omdat het rijk is aan kaempferol (een flavonoïde die we ook in thee vinden). Het bevat overigens ook luteïne en zeaxanthine, net als rode biet en het draagt dus ook bij aan de gezondheid van de ogen(7).

Broccoli kiezen en bewaren, zodat u optimaal profiteert van de gunstige effecten.

Kies een stronk met stevige vertakkingen en stevige roosjes. Koop geen stronken met gele vlekjes (want die hebben een bittere smaak). Het is een groente die niet lang houdbaar is: wanneer de groente zichtbaar is aangetast, dan is het vermogen van de antioxidanten al met 50% afgenomen (8). We moeten de broccoli dan ook zo snel mogelijk na aankoop opeten.

Om er maximaal van te profiteren, kunt u broccoli het beste rauw of kort gekookt eten. Wanneer broccoli lang wordt gekookt, wordt de vorming van sulforafaan sterk verminderd. Wanneer we broccoli kort koken, dan schakelen we daarmee een eiwit uit dat de omzetting van glucorafanine in sulforafaan belemmert. Gooi de takjes en stammetjes niet weg: ze zijn gewoon eetbaar!Snijd eventuele blaadjes eraf en haal het buitenste randje van de stam af. Snijd ze in kleine stukjes zodat zowel de steeltjes als de roosjes dezelfde kooktijd hebben.

Sommige mensen de lijden aan het prikkelbare darmsyndroom kunnen last hebben van ongewenste effecten wanneer ze broccoli eten (buikpijn, opgeblazen gevoel, diarree...). Deze mensen kunnen broccoli beter mijden of proberen de hoeveelheid broccoli die men eet langzaam uit te breiden. Daarbij dient men goed op de signalen van het lichaam te letten en rekening te houden met de individuele tolerantiegrens.

Bloemkool, boerenkool, koolrabi en rode kool

Deze vier kruisbloemige groenten bevatten dezelfde soort voedingsstoffen als broccoli. Ze bevatten weinig calorieën en helpen ook nog eens de ontwikkeling van bepaalde kankersoorten terug te dringen.

Kies voor bloemkool met stevige, dicht tegen elkaar aanliggende roosjes zonder bruine plekken. Staan de roosjes verder uit elkaar? Dan is de groente te laat geoogst. Ook voor bloemkool geldt dat de stronkjes gewoon te eten zijn. Maak ze aan de buitenkant schoon en snijd ze in kleine stukjes zodat stronkjes en roosjes dezelfde kooktijd hebben. Om de verteerbaarheid te verbeteren, is het aan te raden de bloemkool 5 minuten in kokend water met zout te garen. Laat de bloemkool goed uitlekken voordat u deze gaat eten.

Goed om te weten: boerenkool is bijzonder rijk aan vitamine A: een portie van 100 g levert al bijna 100% van de dagelijkse behoefte. Deze vitamine speelt een belangrijke rol bij de regulering van het immuunsysteem, bij de gezondheid van het slijmvlies en bij de opname van ijzer. Boerenkool blijft langer goed in de koelkast dan andere kruisbloemige groenten. Let erop dat u de bladeren eerst goed schoon en droog maakt. Boerenkool kunt u rauw of gekookt eten.

Koolrabi is een groente die na het koken een heerlijke nootachtige smaak krijgt! Koolrabi is rijk aan vitamine B6 (pyridoxine) - een stof die essentieel is voor de aanmaak van boodschappers in de hersenen - maar ook aan vitamine B9 (folaten) en aan carotenoïden. Kies liever geen grote koolrabi: hoe kleiner de koolrabi, hoe minder vezelig de groente is. Bewaar koolrabi in de koelkast in een stoffen en doorlaatbare zak of in de kelder.

Rode kool kent u waarschijnlijk het beste van al deze groentes. Rode kool is veelzijdig: men kan het geraspt als salade eten, of gekookt in een ragout. Het kan gefermenteerd gegeten worden of in een soep... Het onderscheidt zich van andere kruisbloemige groenten omdat het een hoger gehalte aan flavonoïden heeft, met name cyanidines. Bewaar rode kool in de groentelade van uw koelkast. Om de kleur goed te houden, gebruikt u een roestvrij stalen mes om de kool te snijden. Doe slechts een klein beetje water in de pan voor het koken en voeg een paar druppels azijn of citroensap toe. Gooi het hart niet weg: maal het heel fijn zodat het minder vezelig is en gebruik het later om er een bouillon van te maken. Let op: ruikt u een zwavelachtige geur? Dan heeft u de kool te lang gekookt!

Waterkers en spinazie

Kom met verse spinazieWaterkers behoort ook tot de kruisbloemige groenten: het bevat flavonoïden, carotenoïden (waaronder de voorlopers van vitamine A), luteïne en zeaxanthine, maar ook quercetine! Samen met de ui is waterkers zelfs een van de belangrijkste bronnen van quercetine. Het is een fytonutriënt dat allergische klachten helpt verminderen en dat bijdraagt aan een verbetering van de fysieke prestaties. Het bevat uiteraard ook kankerbestrijdende glucosinolaten (9-10), net als broccoli en kool, maar ook calcium met een uitzonderlijk goede biologische beschikbaarheid! Het absorptiepercentage is ongeveer 70%, terwijl calcium uit melk bijvoorbeeld maar een absorptiepercentage heeft van 30%, en calcium uit spinazie slechts 5% (11).

Maar spinazie heeft wel heel veel andere kwaliteiten. Het bevat ijzer, zoals we allemaal weten, en een bonte verzameling aan vitamines, mineralen en antioxidanten. Denk bijvoorbeeld aan ferulazuur en aan glycolipiden (die men ook in groene thee en in peterselie vindt). Beide stoffen dragen bij aan de bestrijding van verschillende kankersoorten.

Spinazie bevat eveneens betaïne: een bestanddeel dat bepaalde functiestoornissen van de lever helpt bestrijden, zoals steatose hepatis. Ook kan het de prestaties van sporters verbeteren. Spinazie is bijzonder rijk aan betaïne.

Spinazie bewaren en bereiden

De blaadjes van spinazie dienen nog knapperig en glimmend te zijn. Haal slappe blaadjes of blaadjes met zwarte plekjes er tussenuit. Koop bij voorkeur spinazie die biologisch is geteeld: spinazie is een van de groenten waarop de grootste concentraties pesticideresten worden gevonden. Bewaar spinazie in de koelkast in een stoffen en doorlaatbare zak. Niet langer dan 5 dagen bewaren.

Koken heeft de voorkeur (maar niet te lang): dan levert spinazie de meeste voedingsstoffen. Gekookte spinazie bevat ongeveer 6 keer meer luteïne, zeaxanthine en betaïne dan rauwe spinazie (12)!Blancheer de spinazie door ze maximaal 1 tot 2 minuten te stomen. Spoel de groente vervolgens snel af en eet deze direct op.

Oesterzwammen

verse oesterzwammenDeze paddenstoelen zijn eigenlijk farmaceutische minifabriekjes. Sommige oesterzwammen hebben een unieke combinatie van gunstige eigenschappen voor onze gezondheid. Ze bevatten fenolachtige bestanddelen, met name ergothioneïne, een aminozuur dat werkt als antioxidant en dat in ons lichaam een zeer lange levensduur heeft (13). De oesterzwam bevat echter ook hele specifieke oplosbare vezels: de polysachariden bèta-glucanen en alfa-glucanen. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat deze vezels de verschillende cellulaire effectoren van het immuunsysteem mogelijk activeren, zoals macrofagen, natural killer cells, T-lymfocyten, interleukine-1 en het superoxide-anion (14). Andere studies hebben eveneens een bloedsuikerverlagende werking aangetoond: door in te werken op de receptoren van insuline, zouden de polysachariden alfa-glucaan de gevoeligheid van de cellen voor insuline vergroten en de insulineresistentie van perifere weefsels verbeteren. Door zich te verbinden met galzuren, zijn ze eveneens in staat de cholesterolopname in de darmen te verminderen, hetgeen de werking van lovastatine kan versterken. Lovastatine is een natuurlijk bestanddeel uit paddenstoelen dat gebruikt wordt voor cholesterolverlagende medicijnen.

De werkstoffen hebben ook een tumorbestrijdende werking doordat ze de verhoogde expressie reguleren van het gen dat de zelfvernietiging van cellen reguleert (BAK-1) (15-16).

Oesterzwammen kiezen en eten

Oesterzwammen moeten niet kleverig en zacht zijn, maar stevig en vlezig. Ze dienen een heldere kleur te hebben zonder vlekken en een lichte, anijsachtige geur te verspreiden. Was ze liever niet met water, maar veeg ze af met een vochtig doekje. Haal de beschadigde plekken weg. Oesterzwammen bederven snel: eet ze zo snel mogelijk nadat u ze gekocht of geplukt heeft. Als u ze bewaart in de koelkast, doe ze dan in een open bakje of tas zodat ze kunnen ademen.

Hak het steeltje eraf, dat is meestal wat steviger. Bak de steeltjes enkele minuten voordat u de hoed van de paddenstoel bakt. Laat ze eerst op een zacht vuurtje sudderen en voeg een klontje boter of wat olie toe zodra de paddenstoelen het vocht afgeven. Zet het vuur wat hoger om ze te smoren. Tijdens het bakken kunt u nog knoflook en peterselie toevoegen.

Aardappel en knolraap

U vindt de aardappel misschien niet echt bijzonder. Toch is het een groente die veel gunstige eigenschappen heeft voor onze gezondheid. Het bevat fenolhoudende zuren (chloreenzuur), catechines en vitamine C, evenals vezels en complexe koolhydraten (zetmeel). Overigens bevat het ook een lectine - Solanum Tuberosum Lectin - die de groei van bepaalde kankercellen remt.

Kies bij voorkeur voor soorten met een gekleurde schil want deze bevatten meer antioxidanten. Bewaar ze altijd op een donkere, koele en vochtvrije plaats. Doe ze niet in de koelkast: het zetmeel wordt dan geleidelijk aan omgezet in suiker. Groene stukjes van de aardappel dient u te verwijderen. Dit is namelijk een teken dat de aardappel giftige stoffen bevat, de zogenaamde alkaloïden (solanine en chaconine) Deze bestanddelen ontstaan wanneer de aardappelen in het licht of bij een te hoge temperatuur bewaard worden. Deze stoffen kunnen vervelende klachten veroorzaken, zoals transpiratie, maag-darmklachten, steken...

De knolraap (niet te verwarren met de koolraap) laten we, in tegenstelling tot de aardappel, vaak links liggen. Dat is jammer, want de knolraap is eenvoudig te bereiden en is met de meest uiteenlopende voedingsmiddelen te combineren. Eigenlijk kan men de knolraap op dezelfde manier bereiden als de aardappel. Pureer de knolraap, doe hem in een ovenschotel, maak er chips van of bak hem in een pan.... Zelfs rauw in een salade is de knolraap uitstekend te eten. Deze wortelsoort kan men echter het beste bewaren in de koelkast of de kelder.

Radijs

De radijs behoort net als de knolraap en broccoli tot de kruisbloemigen: de groente bevat dus glucosinolaten die zich omzetten in isothiocyanaten, oftewel stofjes die nuttig zijn als het gaat om de preventie van kanker. Ook bevat radijs kostbare antioxidanten, zoals anthocyanines en kaempferol, twee stoffen die in staat zijn de vorming van tumoren tegen en de groei van kankercellen tegen te gaan. De radijs bevat veel vitamine C (120 mg per 100 g radijs) en rafanine, een bestanddeel met krachtige antibacteriële en antiseptische eigenschappen. Dat maakt de radijs bij uitstek geschikt om de eerste seizoensinfecties af te weren...

Hoe kunnen we radijs het beste eten om te profiteren van deze gunstige effecten?

Kies radijsjes uit die stevig en glad zijn en die mooi glanzen. Druk even op de buitenkant. Als deze kapot gaat onder de druk, leg het radijsje dan aan de kant. Bewaar ze maximaal een week in de koelkast in een stoffen tas, eventueel in een bakje water. Wie lekkere knapperige radijsje wil, dompelt ze eerst een halfuurtje onder in ijswater.

Pompoenen

Winterpompoenen zijn groenten die waardevol zijn voor onze gezondheid. Ze bevatten een indrukwekkende hoeveelheid voedingsstoffen (luteïne, zeaxanthine, bètacaroteen, vitamine A, ijzer, mangaan, koper, vitamine B2, vitamine B5, vitamine B6, vitamine B9, vitamine C). Bovendien bevatten ze weinig calorieën en zijn ze rijk aan vezels. Ze helpen het lichaam zich te beschermen tegen kanker omdat ze veel van een bepaalde stof bevatten, namelijk cucurbitacines, een familie van bestanddelen die de groei van kankercellen vertraagt (17).

Kies pompoenen die er stevig uitzien en geen vlekjes of barstjes bevatten. Bewaar ze op een koele en droge plaats. Ze blijven dan zonder problemen weken houdbaar. Bewaar ze liever niet in de koelkast: daar is het te vochtig voor pompoenen.

Gooi de zaden niet weg: ze kunnen worden gegeten om klachten van een hypertrofie van de prostaat te verminderen en problemen met de urinelozing te verlichten (urgente aandrang, hyperactiviteit blaas, nachtelijke aandrang om te urineren...). De zaden zijn rijk aan onverzadigde vetzuren, zink en fytosterolen. Waarschijnlijk staan deze stoffen aan de basis van de gunstige effecten van het pompoenzaad. Er wordt op dit moment nog onderzoek gedaan om de exacte werkingsmechanismen te begrijpen). Om optimaal te profiteren van weldadig effecten van de zaden, kunnen ze het beste rauw in plaats van geroosterd gegeten worden (10 gram per dag). Let erop dat u de zaden goed fijnkauwt. Bewaar de zaden wel in de koelkast, want ze bederven snel.

Appels en peren

doos verse rode en groene perenAppel en peren zijn uiterst rijk aan flavonoïden en ander fenolhoudende antioxidanten, vooral in de schil. Ze bevatten een grote hoeveelheid, voornamelijk niet-oplosbare vezels, waardoor ze de darmpassage bevorderen en bijdragen aan de vermindering van de kans op hart- en vaatziekten. Ze bevatten eveneens pectine, wat helpt om meer cholesterol af te voeren via de ontlasting. En dat werkt nog beter wanneer de pectine wordt gecombineerd met de flavonoïden in de sap van de appels en peren. De appels bevatten bovendien nog hele specifieke polyfenolen waarvan men een gunstige invloed heeft aangetoond op de cholesterolwaarde in het bloed en op de vermindering van de beschadiging van bloedvaten.

We kunnen tegenwoordig het hele jaar door appels en peren eten, maar in de herfst profiteren we het meest van de gunstige effecten omdat ze dan aan de boom rijp geworden zijn.

Appels en peren kiezen en bewaren

Kies voor de biologische variant: onderzoekers hebben aangetoond dat appels en peren van biologische landbouw een veel hoger gehalte bevatten aan fenolhoudende bestanddelen dan de niet-biologische varianten. Biologische appels en peren moeten namelijk veel meer hun natuurlijke afweermechanismen gebruiken, oftewel hun antioxidanten, om ziekteverwekkers tegen te gaan. Dit in tegenstelling tot het fruit dat met pesticiden wordt behandeld.

Ga u niet helemaal te buiten aan peren: ze bevatten namelijk sorbitol en fructose, twee suikersoorten die lichte maag- en darmklachten kunnen veroorzaken bij mensen die hier gevoelig voor zijn en die er te veel van eten. Bewaar de appels en peren op een koele plaats en liever niet bij kamertemperatuur, want bij kamertemperatuur blijven ze doorrijpen en verliezen ze hun smaak. Leg ze in de groentelade, eventueel in een stoffen en doorlaatbare tas.

Walnoten

Open walnoot helftenDe walnoot is een dopvrucht die zich onderscheidt door zijn hoge gehalte aan meervoudig onverzadigde vetzuren (meer dan 70% van zijn totale vetgehalte), en dan met name aan omega-3, waarvan de effecten op de gezondheid van het hart ruimschoots zijn aangetoond. Overigens bevatten walnoten de ideale verdeling van omega-3-vetzuren en omega-6-vetzuren. De geleidelijke vervanging van verzadigde vetzuren door omega-3-vetzuren in onze celmembranen maakt dat de membranen soepeler worden. Het zorgt er ook voor dat een verbazingwekkend aantal fysieke en mentale aandoeningen verbeteren (zoals de cognitieve aftakeling, ontstekingsziekten, hart- en vaatproblemen...) (18-21).

De walnoot bevat ook aanzienlijke hoeveelheden ellagzuur. Dat is een bijzondere antioxidant die in staat is de proliferatie van bepaalde kankercellen tegen te gaan. Het bevat eveneens andere fenolhoudende bestanddelen (zoals galluszuur) die de oxidatie van LDL in het bloed tegengaan, een verschijnsel dat een grote rol speelt bij het ontstaan van atherosclerotische plaques. Deze plaques kunnen voor verstoppingen zorgen in de bloedvaten.

Nog een belangrijk kenmerk van de walnoot: het gehalte vaan aminozuren. De walnoot bevat veel meer arginine dan dierlijke eiwitbronnen. Nu moet u weten dat het lichaam dit specifieke aminozuur nodig heeft voor het aanmaken van een stof die de bloedvaten verwijdt: stikstofmonoxide. De walnoot levert daardoor ook een bijdrage aan de optimalisering van de doorbloeding.

Walnoten kiezen en bewaren

Als je de noten bekijkt, dan lijken ze soms wekenlang houdbaar. Dat lijkt echter alleen maar zo, want in werkelijkheid neemt de hoeveelheid vitamine E en omega-3 snel af, zeker wanneer u ze koopt zonder de harde schaal.

Koop ze dus ongepeld en bewaar ze in de koelkast om oxidatie en bederf van de vetzuren te voorkomen. Het is natuurlijk het beste om ze rauw te eten, maar af en toe kunt u zo ook even met schaal en al 20 minuten grillen in de oven bij een temperatuur van 190° C . Als de smaak u niet teveel tegenstaat, eet dan ook het dunne velletje dat om de noot heen zit. Hierin zitten namelijk de meeste fenolhoudende bestanddelen!

De kleuren van de groenten en fruit zijn in de herfst misschien minder uitgesproken dan in de zomer, maar ze hebben minstens zulke gunstige effecten als zomergroenten. Zet er dagelijks vijf op het menu, want dat is de minimale hoeveelheid die nodig is voor de ondersteuning van onze gezondheid.

Ook goed om te weten: de meeste van de hiervoor genoemde micronutriënten vindt u bij ons terug als voedingssupplementen, en wel in doseringen die aanzienlijk hoger liggen dan de hoeveelheden in uw voeding:

Referenties

  1. Wang M, Simon JE, et al. Analysis of antioxidative phenolic compounds in artichoke (Cynara scolymus L.). J Agric Food Chem 2003 January 29;51(3):601-8.
  2. Aggarwal BB, Shishodia S. Molecular targets of dietary agents for prevention and therapy of cancer. Biochem Pharmacol 2006 February 23.
  3. Jimenez-Monreal AM, Garcia-Diz L, et al. Influence of Cooking Methods on Antioxidant Activity of Vegetables. J Food Sci. 2009 Apr;74(3):H97-H103.
  4. Clifford, T., Howatson, G., West, D., & Stevenson, E. (2015). The Potential Benefits of Red Beetroot Supplementation in Health and Disease. Nutrients, 7(4), 2801–2822. doi:10.3390/nu7042801
  5. Ambrosone CB, McCann SE, et al. Breast cancer risk in premenopausal women is inversely associated with consumption of broccoli, a source of isothiocyanates, but is not modified by GST genotype. J Nutr 2004 May;134(5):1134-8.
  6. Jeffery EH, Jarrell V. Cruciferous vegetables and cancer prevention. In: Wildman REC, editor. Handbook of Nutraceuticals and Functional Foods.Boca Raton: CRC Press; 2001. p. 169-91.
  7. Sommerburg O, Keunen JE, et al. Fruits and vegetables that are sources for lutein and zeaxanthin: the macular pigment in human eyes. Br J Ophthalmol 1998 August;82(8):907-10.
  8. Kevers C, Falkowski M, Tabart J et al. (2007) Evolution of antioxidant capacity during storage of selected fruits and vegetables. Journal of Agricultural and Food Chemistry 55, 8596-8603.
  9. Rose P, Faulkner K, et al. 7-Methylsulfinylheptyl and 8-methylsulfinyloctyl isothiocyanates from watercresss are potent inducers of phase II enzymes. Carcinogenesis 2000 November;21(11):1983-8.
  10. Wang X et al. Phenethyl isothiocyanate sensitizes human cervical cancer cells to apoptosis induced by cisplatin. Mol Nutr Food Res. 2011. May 19. doi: 10.
  11. Miller GD, Jarvis JK, McBean LD. The importance of meeting calcium needs with foods. J Am Coll Nutr 2001 April;20(2 Suppl):168S-85S.
  12. Zeisel SH, Mar MH, et al. Concentrations of chol.-containing compounds and betaine in common foods. J Nutr 2003 May;133(5):1302-7.
  13. Dubost NJ, Ou B, Beelman RB. Quantification of polyphenols and ergothioneine in cultivated mushrooms and correlation to total antioxidant capacity. Food Chemistry 2007
  14. Adachi K, Nanba H, Kuroda H. Potentiation of host-mediated antitumor activity in mice by beta glucan obtained from Grifola frondosa (maitake). Chem Pharm Bull 1987;35:262-70.
  15. Joseph S, Sabulal B, George V, Antony KR, Janardhanan KK. Antitumor and anti-inflammatory activities of polysaccharides isolated from Ganoderma lucidum. Acta Pharm. 2011 Sep 1;61(3):335-42.
  16. Chen HS, Tsai YF, Lin S, et al. Studies on the immuno-modulating and anti-tumor activities of Ganoderma lucidum (Reishi) polysaccharides. Bioorg Med Chem. Nov 1 2004;12(21):5595-5601.
  17. Garg, S., Kaul, S., & Wadhwa, R. (2017). Cucurbitacin B and cancer intervention: Chemistry, biology and mechanisms (Review). International Journal of Oncology. doi:10.3892/ijo.2017.4203
  18. D. S. D. Martin, P. Spencer, D. F. Horrobin, et M. A. Lynch, « Long-term potentiation in aged rats is restored when the age-related decrease in polyunsaturated fatty acid concentration is reversed », Prostaglandins Leukot. Essent. Fatty Acids, vol. 67, no 2 3, p. 121 130, 2002.
  19. M. Lavialle, G. Champeil-Potokar, I. Denis, P. Guesnet, F. Pifferi, et S. Vancassel, « Le DHA dans la neurotransmission », Ol. Corps Gras Lipides, vol. 14, no 1, p. 11 15, 2007.
  20. S. Hossain, M. Hashimoto, M. Katakura, T. Shimada, et O. Shido, « Mechanism of docosahexaenoic acid-induced inhibition of in vitro Aβ1-42 fibrillation and Aβ1-42- induced toxicity in SH-S5Y5 cells », J. Neurochem., vol. 111, p. 568 579, 2009.
  21. U. Gogus et C. Smith, « n-3 Omega fatty acids : a review of current knowledge », Int. J. Food Sci. Technol., vol. 45, p. 417 436, 2010

Opmerkingen

U dient ingelogd te zijn op uw account om een opmerking te kunnen plaatsen

Dit artikel is nog niet beoordeeld. Laat als eerste uw beoordeling achter

Veilig betalen
32 jarenlange ervaring
Niet tevreden
geld terug
Snelle levering
Gratis consult